Het credo

Het lijkt wellicht een pretentieus statement om mezelf "de professor der romantiek" te noemen. Het is alsof ik tegelijkertijd alles en niets weet van de liefde, een contradictie waarvan ik nu al weet dat ik er heel mijn bestaan op deze aardbol mee zal leven. Toch heb ik reeds ondervonden, lees hier een 21-jarige knaap, dat er niets zo belangrijk is als romantiek in mijn leven. Het gevolg van deze revelatie is onder meer deze blog, waarmee ik tracht een taak als apostel van de romantiek te vervullen, een taak waar ik niet voor gekozen heb maar die mij opgelegd is door een hoger bestaan. Een strijd voor romantiek zal ik voeren, tot ze mij op mijn knieën brengt door haar verbijsterende kracht. Ik leef als dader én slachtoffer van de romantiek, elke uithoek van haar bestaan wil ik ontdekken, tot op het punt dat men mij niet langer Dimitri, maar geheel rechtvaardig Dé Professor der Romantiek noemt.

donderdag 11 augustus 2022

Echte liefde is durven loslaten, daar is moed voor nodig

Vrijdagnacht. De tocht die ik meteen ga afleggen zal een lijdensweg worden, daar ben ik van overtuigd. Zoals gewoonlijk ben ik opgeroepen op de werkvloer. Zie je, ik doe meestal de nachtshiften, want het zit me in het bloed nachtraaf te zijn. Al van jongs af aan. Terwijl mijn klasgenootjes van het 4de leerjaar in de basisschool rond 21 uur sliepen, koos ik liever het eerder schappelijke 2 uur na middernacht. In het middelbaar werd het naarmate de jaren verstreken alsmaar beter met mijn zombie-bestaan, of erger, het is maar hoe dat je het bekijkt. Zo werd het met het jaar een uur later, zodat ik in het 6e en laatste jaar vaker en vaker "nachtje door" deed. Vaker sliep ik op de schoolbanken dan in mijn zetel thuis (want gebrek aan bed). Ik heb dat 6e jaar, trouwens elk jaar sinds het 2e middelbaar, verschrikkelijke punten gehaald. Dat wil zeggen: vastberaden te zijn, zodra je het rapport van het laatste semester in je handen kreeg, om je ouders heel je leven te negeren uit schrik dat ze dat ene rapport ooit te zien kregen. Liever dat dan de schaamte. Ach ja, wat maakt het ook uit. Uiteindelijk heb ik geen enkel jaar moeten overdoen, wat vooral te maken had met het feit dat ik goed in de schoot lag bij mijn docenten. Met charme geraak je ver in de wereld, kinderen. 

De lijdensweg op. Je was kwaad op me, bent kwaad op me. We zijn zo achterlijk geweest, pardon, ik ben zo achterlijk geweest om zowaar de fietssleutel te vergeten. Dan maar te voet terug, één uur en een half wandelen. Jij zit je daar in bed te vermaken op slecht entertainment (tiktok), alles is goed om het gesprek dat we naderhand gaan houden te ontwijken. Je bereidt je er niet mentaal op voor, waarom zou je? De conversatie die we - uitstellers als we zijn- al lang moesten houden, wil je helemaal niet hebben. Ik denk er hetzelfde over. Liever uit de weg gaan zolang het kan. 

Toch begin ik mijn calvarietocht bij het pakken van mijn rugzak en "een goedenacht gewenst" aan mijn collega's. Het liefst zou ik alles uitstorten wat er gaande is tussen ons aan hen, maar het maakt me te beschaamd te vertellen dat na 1,5 maand verloofd te zijn, onze relatie op breken staat. "Dan heb je er toch niet echt goed genoeg over nagedacht hé, Dimitri? Anderhalve maand verloofd en het is al om zeep." Mijn antwoord zou wellicht iets zijn als: "Denken doe je nooit in de liefde." Maar dan nog kan ik het niet, mijn hart luchten. De wonde is te vers en wat er nog te komen staat, maakt me te onzeker in het verhaal dat ik aan mijn collega's kan vertellen. 

Het regent dat het giet. Elke druppel die in mijn kleren drenkt, is symboliek voor de tranen die straks zullen vloeien. Het is de dag der oordeels, de geschiedenisboeken staan vol van soortgelijke opnames: De kruisiging van Christus, de Nakba, de moord op Frans Ferdinand, de doodsteken van Brutus aan het adres van Caesar... Het kan allemaal niet tippen aan dit moment. Hier staat iets grootser te gebeuren dan ik ooit voorzien had, het is een kwestie van een leven met jou of een eenzame dood. Dé dag des oordeels.



(Het laatste oordeel - Hans Memling)

Ik strompel verder, mijn schoenen doorweekt. Bij elke stap voel ik de zomp hoger kruipen. Het zal niet lang meer duren vooraleer er schimmels en paddenstoelen groeien op deze moerasgrond aan mijn zool. Ik maak me de bedenking dat je het me nog zei: "Met die scheur in je schoenen, zo kan je toch niet over straat lopen?" Je had gelijk. Ik loop hoe langer hoe meer op meer voet dan schoen. Het kwelt me te weten dat je gelijk hebt, ook al gaat het over iets banaals als mijn kledingdracht. Het geeft me namelijk het gevoel dat je daarstraks misschien ook wel gelijk had toen je me klootzak noemde, ook al zat daar geen enkele rede achter. 

Je belt me. Let's dance van David Bowie is de beltoon. Dansen is nu niet aan de orde David, maar toch bedankt voor het verzoek. Je bent lief tegen me, zelfs poeslief. Het staat in enorm contrast tegen de furie die je daarstraks was. Ik probeer ook lief tegen je te zijn, woede levert me namelijk niets op. Wat er gezegd is geweest in dit gesprek, heb ik wellicht bewust uit mijn hersenpan verwijdert. Echter stond het vast dat we afstand van elkaar moesten nemen, liefst zo snel mogelijk. Het maakt deze tocht 100x ellendiger. Ik stap de dood tegemoet, de dood van ons zijn met elkaar.

De vermoeidheid maakt me verward. Ik loop een wassalon langs, de kantineverlichting schijnt zoals altijd te fel in mijn ogen. Het lijkt wel een portaal te zijn naar de hemel. Voor een klein moment denk ik dat ook werkelijk wanneer ik een automaat zie staan met lekkere snacks. Na zo een 10 uur te werken en al even niets door de strot te laten gaan, heb ik wel een hongerke. Ik wend me naar de automaat, stop een 2 euro in de gleuf en wacht vol enthousiasme op de verlossing. Ik grijp met m'n hand naar de opening, neem het pakje met lekkernijen en net voor ik een van deze inslik, komt het besef. Deze automaat heeft enkel wasmiddel in zijn assortiment! Verschrikt kijk ik naar het goedje dat ik heb opengereten en nu in mijn hand ligt te kleven. Mocht ik nu doodvallen, wat best een choquerend besluit is, zou ik het nog niet zo erg vinden. Uiteindelijk zijn we nu nog samen, wat me een fijner einde aan mijn bestaan lijkt te zijn dan zonder jou. 

Ik kan er niet meer onderuit, de weg die ik nu nog afleg, loopt rechtstreeks naar ons einde. Ik pak mijn sleutel vast en doe de deur open. Je hebt me opgewacht, best lief van je. We beginnen beide meteen te huilen. De confrontatie van elkaars blik was even te veel. We trachten, ondanks het schreien, ons uit te drukken in woorden, maar dat blijkt niet nodig. Onze kreten blijken genoeg te zijn om elkaar te verstaan, we kennen elkaar immers best goed. Je vraagt je af of het goed is om nu nog bij elkaar te slapen, om elkaar vast te houden, elkaar te kussen. Eerlijk gezegd, ik weet het niet. Voor mij bestaat er op dit moment geen onderscheid tussen goed en slecht, het enige waar ik aan kan denken zijn je lippen. Het spijt me lief, ik weet dat dit allemaal van enorm belang is, maar het kan me eigenlijk geen moer schelen wat het beste is voor ons. Ik wil je gewoon kussen. 

We doen het. Het voelt goed. Beter dan ooit zelfs. Wat ben ik toch een lul seg! Nu we op het punt staan elkaar niet meer te zien, besef ik me pas hoe goed je proeft. Heerlijk! Hier wil ik helemaal geen afstand van nemen, nooit niet. Jij ook niet, dat kan ik voelen. Onze lichamen vullen elkaar té goed aan. 

Maar alsnog besluiten we onder het mom van de wetten der rede, dat het beter is om morgenvroeg elkaar uit te wuiven. Idioten dat we zijn. We hebben ons laten vatten door de logica, dan nog wel in de liefde! We hadden beter moeten weten dan ons te verlagen tot dit niveau, schat. Denken in de liefde is zowat de grootste stommiteit als je het mij vraagt.

Natuurlijk hebben we onze moeilijkheden en uiteraard moeten we daar naar luisteren, maar schat... We zijn niet met elkaar samen uit gemak. We hebben elkaar niet het ja-woord gegeven opdat ons leven er zo makkelijker op zou worden. Sorry, maar ik ben nooit van het type geweest dat een reisje boekt naar een full-service hotel en alles krijgt naar wens. Neen, zulke mensen zijn saai, ze zullen nooit het avontuur der liefde begrijpen. Wij daarentegen zijn avontuurlijk lieverd, wij weten dat we moeten klimmen om tot een hoogtepunt te komen. Anders dan er gebracht te worden door een gemakzuchtige tourbus. Klimmen kunnen we immers goed, dat hebben we al bewezen toen we in de Pyreneeën ervoor kozen het wandelpad te verlaten en in het wilde een eigen weg te vormen. 

Na al dit, bedenk ik me de waarheid die net voltrokken is. Ik deed een huzarenstuk om jou niet meer te zien. Een calvarietocht om gewoonweg 'dag' te zeggen. Kortom, een queeste naar mijn eigen doodsteek uit liefde voor jou.

Het staat vanaf vandaag vast: er bestaat niets mooiers dan uit liefde iemand nooit meer zien.

En juist dat deed ons besluiten bij elkaar te blijven.

3 opmerkingen:

  1. Je hebt talent om emoties over te brengen op een spontane manier! Mooi!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wow Dimi, ik zat helemaal mee in je verhaal, met open mond las ik verder. Mijn gsm, je verhaal, ik.. om op het einde te kunnen zeggen oef 😊

    BeantwoordenVerwijderen