Mijn
moeder. Ze was gek op Dimitri Verhulst. Ze is gek op Dimitri Verhulst. Ze zal
altijd gek blijven op Dimitri Verhulst.
Gek
en moeder komen trouwens vaak ter gedachte in een spelletje woordassociatie,
niet alleen bij mij. Het is duidelijk dat een merendeel van mijn medegespuis
ook last heeft van de gekkemoederziekte, weet je, maak er maar gekkeouderziekte
van. Of het virus (ondertussen een afgezaagd woord) binnendringt in de
huishoudens door de ouder of juist door het nageslacht is moeilijk te zeggen.
Ik denk dat het wel van beide kanten moet komen. Een zin die ik gestolen heb
van mijn ex.
Desondanks
de complicaties, de gekte in onze relatie, behoudt mijn moeder een grootse
onvoorwaardelijke liefde voor haar nageslacht. Een onsterfelijke oerkracht die
in de atmosfeer werd gelanceerd bij mijn geboorte. Zij hield van me. Ze houdt
van me. Ze zal altijd van me houden. Als eerbetoon daarvan noemde ze me naar
haar favoriete auteur. Die nozem met een eindeloos talent voor een vettige
haardos, zijn bek verrot door sigaretten en zijn neusgaatje sedert jaren
geblokkeerd door cocaïne. Dames en heren: Dimitri Verhulst. Wat een eerbetoon!
U
moet niet denken of beweren dat ik een afkerige blik werp op deze grote
literaire held. Integendeel, hij is zowat de enige goede Belgische schrijver,
vind ik. Toch, moet ik eerlijk toegeven, had ik er wél lang moeite mee naar
Dimitri vernoemd te zijn. Niet omwille van hem, want uiteindelijk past het
plaatje van die nozem verrot door sigaretten en cocaïne me af en toe (te vaak)
wel, maar omwille van de andere opties die er waren om mij te benoemen.
Mijn
vader had, wat mij betreft, betere suggesties:
Oscar
of
Elvis
Oscar
naar Oscar Wilde, Elvis naar... Elvis! (Je weet wel: "the king of rock 'n'
roll"). Oké, eerlijk toegegeven, Elvis had na een tijdje rondlopen op deze
aardbol mij geen genoegen gedaan. Het mag dan wel swingen, er zijn al genoeg
rocksterren die Elvis heten, waardoor mijn ambitie in de muziekwereld meteen
gekelderd zou zijn. Daarnaast zou ik mezelve niet grondig kunnen ontwikkelen
door de mentale zwaarte van de naam. Ik zou me te veel identificeren met
Presley. Ik zie het al voor me.
Een
jonge knaap, obsessief bezig met Elvis Presley, die geen andere inhoud of
interesse heeft omdat hij -oh god ocharme- dagelijks wordt geconfronteerd met
het obstakel dat zijn ouders hebben voorgelegd: - Jij wordt ONZE Elvis, jongen!
- Neen dank u!! Dimitri is op dat vlak een betere keuze, zo kan het
moeilijk slechter met me gaan dan... een cokeverslaafde... Denk ik? Hoop ik?
Well...
Que
sera, sera
Whatever
will be, will be
The
future's not ours to see
Que
sera, sera
Zo
gaan we dan maar fluitend door het leven.
Waarom
niet Elvis? Mijn moeder had een (van bijna levensbelang) criteria, namelijk dat
mijn eerste naam moest passen bij mijn laatste. Zij had natuurlijk in gedachten
dat die laatste naam "Versmissen" zou zijn, zoals de archaïsche
waarden van het patriarchaat, de naam van mijn vaders kant. Minder werd waar.
Mijn vader dacht wellicht een soort practical joke te maken wanneer hij mij
weigerde te erkennen: "Je had het gezicht van je moeder moeten zien!"
Neen, wat zever ik... De realiteit was gewoonweg dat hij niets van mij of mijn
moeder moest weten.
Ach
ja, dan troost je jezelve maar met een "niet iedereen is perfect en maakt
fouten" en een glas Jameson whisky. Dimitri Versmissen klinkt overigens
mooier dan Dimitri Vanschoonbeek, esthetisch gezien kon je hem een klap rond
zijn oren geven!
7
jaar zou het nog duren vooraleer ik effectief tot het geslacht
"Versmissen" werd geïntegreerd. Mijn moeder natuurlijk content, want
eindelijk stond er een waardevol geheel op mijn pas, ik? Het kon me eerlijk
gezegd geen moer schelen. Vanschoonbeek was alleszins nog niet zo erg, zo
behoorde ik tot de groep der bastaards: Leonardo Da Vinci, Eva Peron, Willy
Willy,... Maar toch, het liefst zou ik beide familienamen dragen. Als een soort
symboliek van waar ik effectief vandaan kom. Uit de ballen van mijn vader en de
kut van mijn moeder.
Daarom:
Dimitri Jozef August Vanschoonbeek Versmissen.
Heerlijk
zulke lange namen, je zou er op slag een coup de foudre van krijgen.
Maar
toch... Oscar, wat een mooie naam. Dan wel op zijn Engels "Oscar", in
plaats van het lelijke Vlaamse "Oscaaaar". Ik had zoveel
gemakkelijker door het leven gehuppeld met die naam... Het kweekte een wrok
tegenover mijn moeder. De pijniging door mijn effectieve voornaam werd me
ingefluisterd door mijn eerste liefje. Jongens, wat heeft zo een eerste liefde
toch veel inslag op je bestaan...!! Oscar vond ze een prachtige naam, Dimitri
vond ze oké. Alsof we voor elkander gemaakt waren, behalve die naam... Neen,
met een Dimitri kon ze toch echt wel niet samen zijn. Daar gaven haar
vriendinnen haar gelijk in: "Oscar is echt wel een mooie naam".
Ik:-"en Dimitri?"Stilte !! Nou ja, kunnen we wel tegen. De
metaforische fles Jameson was nog niet geledigd.
Sindsdien
ben ik er hoe dan ook van overtuigd dat de naam Oscar me veel meer liefjes had
opgebracht. Veel meer liefdesverdriet ook, maar dat pakken we erbij.
Echter,
het was niet alleen mijn liefje dat mijn 14-jarig hartje brak, ik ontdekte
namelijk niet veel later de echte reden waarom ik (Godverdoemme!) niet Oscar heet.
Het was gewoonweg een aderlating! Oscar Wilde paste niet in de seksuele
geaardheid die ik MOEST hebben, want wat wou ZIJ toch graag
kleinkinderen...
Het
is oké, ik heb me erbij neergelegd. Geen wrok meer, want uiteindelijk gezien
bekoort Dimitri Verhulst me méér dan Oscar Wilde. De wens van mijn moeder is
trouwens uitgekomen, want JA ik heb een kinderwens en NEEN ik ben niet
homoseksueel. Hoogstens lichtelijk vrouwelijk en vooral heel biseksueel.
Oscar Wilde en zijn geliefde Bosie
Ach ja, what's in name? (Een zin die ik beroepsmatig nogal eens gebruik voor het overmatig etiketteren in de GGZ trouwens, dat ter zijde.)
BeantwoordenVerwijderenIk maak er spontaan ook heel wat associaties van, waardoor ik hier een hele lap tekst begon te typen die ik dan maar even naar word gekopieerd heb om daar dan verder te schrijven. Mij naam, zowel de voornaam als de achternaam heeft ook een hele historie ziet ge, van de naam van mijn vader naar een toestemming van van de koning himselve om die te veranderen naar die van moeder (jaja, ik moest hiervoor onze 'Sire' aanschrijven, dat blijkt namelijk een uitzondering aanvragen op de afstammingswet), om uiteindelijk , ondanks die toestemming toch bij die van mijn vader te blijven. I
Enfin, blijkbaar heb je me geïnspireerd (beschouw dat maar als een compliment) dus ga ik zelf nu maar even verder schrijven, denk ik...